Nachtelijk wakker worden is een groot en veelvoorkomend probleem voor ouders. Als
een baby 6 maanden oud is, zou het fysiologisch gezien de nacht moeten kunnen doorslapen
en geen nachtvoedingen meer nodig hebben. Echter, 25-50% van de kinderen blijft na
6 maanden wakker worden tijdens de nacht. Problematische nachtelijke waakjes kunnen
voorkomen op elke leeftijd, maar komen het meest voor bij baby’s, dreumessen en peuters
Waarom wordt uw kind wakker in de nacht?
Alle kinderen van elke leeftijd worden wakker in de nacht. Deze waakjes komen 4-6
keer per nacht voor. Het probleem is dus niet dat kinderen wakker worden in de nacht,
maar meer dat het kind niet uit zichzelf weer in slaap valt. Kinderen die zichzelf
weer in slaap kunnen krijgen (‘self-soothers’) worden kort wakker waarbij de ouders
zich niet bewust zijn van deze waakjes. Ter vergelijking, ‘signaleerders’ zijn die
kinderen die hun ouders alarmeren door te gaan huilen of naar de ouderlijke slaapkamer
te gaan bij het wakker worden. De meeste van deze ‘signaleerders’ hebben ongunstige
slaapaanvangs-associaties ontwikkeld en hebben dus moeilijkheden zichzelf weer in
slaap te krijgen.
Wat zijn slaapassociaties?
Veel ouders ontwikkelen de gewoonte om hun kinderen te helpen bij het inslapen door
ze te wiegen, rond te lopen of het kind in hun eigen bed te nemen. Na enige tijd
leren kinderen hierop te rekenen op dit soort hulp van hun ouders om in slaap te
komen. Alhoewel dit geen probleem hoeft te vormen voor het inslapen rond bedtijd,
het kan wel problemen geven als kinderen tijdens de nacht wakker worden en deze hulp
weer nodig hebben! Slaapassociaties zijn voorwaarden of dingen die een kind leert
nodig te hebben om in te slapen rond bedtijd (zoals wiegen, rondlopen, naast een
ouder liggen, dat ene favoriete knuffelbeest). Deze zelfde slaapassociaties zijn
dan weer nodig om weer verder te slapen tijdens de nacht. Belangrijk is dus, dat
je kind leert zelf in slaap te vallen zodat het ‘s nachts geen assistentie nodig
heeft om weer verder te slapen!
Wat kun je zelf doen om je kind te helpen door te slapen?
Er zijn een aantal stappen die je kunt doorlopen om je kind te helpen bij het doorslapen:
- Ontwikkel een toepasselijk slaapschema met vroege bedtijden: ironisch genoeg, zal
een kind dat oververmoeid is juist vaker wakker worden tijdens de nacht. Laat het
kind dus dutjes doen overdag en op tijd naar bed gaan in de avond.
- Veiligheidsobject: Probeer een transitievoorwerp te introduceren. Een transitievoorwerp
(pluche beest, pop, doekje, dekentje) helpen uw kind om zich veilig en comfortabel
te voelen als er geen ouders aanwezig zijn in de nacht. De hechting aan zo’n voorwerp
gaat het best als u het voorwerp in de bedtijdrituelen mee laat doen. Probeer dit
voorwerp mee te laten doen aan knuffeltijd en troosten. Probeer je kind niet te forceren
in de acceptatie van het voorwerp en wees er van bewust dat sommige kinderen niet
zomaar een voorwerp accepteren ongeacht hoe lief en knuffelig het voorwerp er dan
ook uitziet.
- Bedtijdroutine: Zorg voor een regelmatige en vaste bedtijdroutine, waarin kalme en
prettige activiteiten een plaatsje hebben, zoals in bad gaan en voorlezen in bed.
Vermijd erg actieve activiteiten als buitenspelen, rond rennen en tv/video kijken.
De activiteiten die op het laatst plaatsvinden, moeten ook in de slaapkamer gebeuren.
Zorg er ook voor dat er geen voedingen meer in bed of in de slaapkamer plaatsvinden
vanaf de leeftijd van 6 maanden.
- Consistente slaapkameromgeving: Zorg dat de slaapkamer en de verlichting van de kamer
hetzelfde is bij naar bed gaan en ontwaken tijdens de nacht.
- Stop je kind slaperig maar wakker in bed: Zorg ervoor dat je je kind wakker achterlaat
als je het slaperig in bed hebt gelegd. Op deze manier valt het kind uit zichzelf
in slaap en heeft het jou niet nodig, ook niet bij de nachtelijke waakjes.
- Check-methode: Als je kind schreeuwt of roept naar je, dan herinner je je kind er
een keer aan dat het bedtijd is. Als je kind hiermee doorgaat, ga dan even kijken.
Wacht daarmee zo lang of zo kort als je kunt. Bij sommige kinderen werkt het goed
om altijd te gaan kijken en het geeft hen zekerheid, bij anderen werkt het beter
om maar heel af en toe te gaan kijken. Blijf checken of alles wel goed is zolang
je kind overstuur is. Deze momenten mogen maar heel kort zijn (max. 1 minuut) en
mogen niet leuk zijn, dus liever saai! Probeer je kind niet te troosten of sussen
tijdens deze momenten en ga zeker geen discussie aan. Vertel je kind kalm dat het
bedtijd is en tijd is om te gaan slapen. Het doel van teruggaan in de slaapkamer
is, dat je kind weet dat je er nog bent en voor jou om er zeker van te zijn dat alles
in orde is met je kind.
- Reageer op je kind tijdens de nacht: In het begin reageer je normaal op je kind met
wiegen, voeden of rondlopen. De praktijk leert, dat de meeste kinderen binnen korte
tijd gaan doorslapen als zij snel en zelf in slaap vallen rond bedtijd.
- Een meer graduele benadering: Sommige ouders denken dat het niet aanwezig zijn tijdens
het in slaap vallen van hun kind een te grote stap is voor het kind en voor henzelf.
Een meer graduele benadering is dan mogelijk om uw kind zelf in slaap te laten vallen
zonder dat je zelf in de kamer bent. Deze methode neemt meer tijd in beslag, maar
voelt prettiger aan voor sommige ouders en kinderen. De eerste stap is, je kind wakker
maar slaperig in het bed te leggen en dan in de kamer op een stoel te gaan zitten.
Als je kind dan zelf in slaap valt, ga je steeds een stukje verder weg van het bed
zitten om de 3 à 4 dagen totdat je uiteindelijk op de overloop blijft en niet meer
in het zicht zit.
- Wees consistent en geef het niet op! De eerste nachten zullen waarschijnlijk niet
vanzelf beter gaan en meestal zijn de tweede en derde nacht zelfs slechter dan de
eerste nacht. Hoe dan ook zullen binnen enkele weken de verbeteringen duidelijk worden.